Voorwaardelijke instructies: verschil tussen versies
Geen bewerkingssamenvatting |
|||
| Regel 1: | Regel 1: | ||
[[Hoofdpagina|<<< Terug naar index]] | [[Hoofdpagina|<<< Terug naar index]] | ||
=IFFILLED== | ==IFFILLED== | ||
Deze instructie controleert of een variabele of een gegeven is ingevuld. Als de variabele een waarde heeft, wordt de actie uitgevoerd. Als de variabele leeg is of niet is ingevuld, wordt de actie niet uitgevoerd. | Deze instructie controleert of een variabele of een gegeven is ingevuld. Als de variabele een waarde heeft, wordt de actie uitgevoerd. Als de variabele leeg is of niet is ingevuld, wordt de actie niet uitgevoerd. | ||
<br/> | <br/> | ||
==IFFILLEDNOT== | |||
Deze instructie controleert of een variabele of een gegeven niet is ingevuld. Als de variabele leeg is, wordt de actie uitgevoerd. Als de variabele een waarde heeft, wordt de actie niet uitgevoerd. | |||
<br/> | |||
==IFFILLEDAND==Deze instructie controleert of alle opgegeven variabelen of gegevens zijn ingevuld. Als alle variabelen een waarde hebben, wordt de actie uitgevoerd. Als minstens één van de variabelen leeg is of niet is ingevuld, wordt de actie niet uitgevoerd. | |||
<br/> | |||
==IFFILLEDNOTAND== | |||
Deze instructie controleert of alle opgegeven variabelen of gegevens niet zijn ingevuld. Als alle variabelen leeg zijn, wordt de actie uitgevoerd. Als minstens één van de variabelen een waarde heeft, wordt de actie niet uitgevoerd. | |||
Versie van 5 jun 2024 08:00
<<< Terug naar index
IFFILLED
Deze instructie controleert of een variabele of een gegeven is ingevuld. Als de variabele een waarde heeft, wordt de actie uitgevoerd. Als de variabele leeg is of niet is ingevuld, wordt de actie niet uitgevoerd.
IFFILLEDNOT
Deze instructie controleert of een variabele of een gegeven niet is ingevuld. Als de variabele leeg is, wordt de actie uitgevoerd. Als de variabele een waarde heeft, wordt de actie niet uitgevoerd.
==IFFILLEDAND==Deze instructie controleert of alle opgegeven variabelen of gegevens zijn ingevuld. Als alle variabelen een waarde hebben, wordt de actie uitgevoerd. Als minstens één van de variabelen leeg is of niet is ingevuld, wordt de actie niet uitgevoerd.
IFFILLEDNOTAND
Deze instructie controleert of alle opgegeven variabelen of gegevens niet zijn ingevuld. Als alle variabelen leeg zijn, wordt de actie uitgevoerd. Als minstens één van de variabelen een waarde heeft, wordt de actie niet uitgevoerd.